In 2015 gaat België ook aan het vaarbewijs. Al jaar en dag heet de Belgische variant van het klein vaarbewijs Stuurbrevet. Een brevet waarmee de pleizervaarder mag varen op schepen langer dan 15 meter of motorvaartuigen die sneller kunnen varen dan 20 km per uur. Deze eisen zijn gelijk aan die in Nederland. Inhoudelijk verschilt het stuurbrevet aanzienlijk van het Nederlandse Klein Vaarbewijs. De exameneisen zijn minder zwaar en men dient naast een theoretisch examen een bewijs te overleggen dat men voldoende praktijkervaring heeft. Dat laatste doet men door minimaal 12 uur onder begeleiding te varen ofwel door 6 uur praktijkles te volgen bij een erkende vaarschool. Dat varen moet dan wel plaatsvinden op een vaartuig waarvoor een verplicht stuurbrevet nodig is.
Net als in Nederland bestaan er twee soorten van stuurbrevetten; een algemeen brevet en een beperkt stuurbrevet. Met die laatste mag men niet op de Beneden Zeeschelde varen, met het algemene brevet mag men op alle binnenwateren varen. Net als in Nederland geldt voor de Belgische kust geen verplichting tot het hebben van een stuurbrevet. Nog niet ....
Inderdaad nog niet, want in 2015 zal er veel veranderen bij onze zuiderburen. Een en ander werd onlangs bekend gemaakt tijdens een informatiesessie voor de opleiders en vaarscholen.
Het systeem voor het stuurbrevet zal grondig gemoderniseerd worden. Hierin worden ook de bestaande, maar niet verplichte, diploma's Yachtman en Yachtnavigator meegenomen. De voornaamste wijzigingen zijn:
- Erkenning van vaarscholen: op dit moment kan nog iedereen een vaarschool starten. De Federale overheid wil dit aan banden leggen en een kwaliteitsnorm opleggen. De goede vaarscholen zullen erkend kunnen worden. De erkenning zal garant staan voor een hoogwaardige opleiding.
- Een modulaire aanpak: De cursist zal om een bepaald type vaarbewijs te krijgen een aantal theoretische en praktische modules moeten doorlopen. De modules zijn voor de regio’s INLAND (binnenwateren), COASTAL (kustwateren), SEA (Zee), en OCEAN (Oceaan). Per regio zullen de daar van toepassing zijnde vaarregels een belangrijk onderdeel zijn. De precieze afbakening is nu nog niet bekend en waarschijnlijk komt er ook een opsplitsing voor het type vaartuig: motor- en/of zeilboot. En het ziet er naar uit dat er ook nog een aparte module komt voor de grote pleziervaart.
- Geen landelijke examens meer: De erkende vaarscholen mogen straks zelf examens afnemen, zowel theorie als praktijk, wat de bottleneck van slechts drie landelijke examens per jaar oplost.
- Praktijkexamen: Er komt een praktijkexamen waarbij de kandidaat moet aantonen dat hij een aantal basismanoeuvres beheerst. Het is de erkende vaarschool (of een externe examinator) die dit examen zal afnemen.
- Centrale registratie: Er komt een centrale registratie in een databank waarbij de reeds behaalde brevetten en cursusmodules van een watersporter worden bijgehouden.
- Een nieuwe naam: En bij een nieuwe opzet hoort ook een nieuwe naam. Vanaf 2015 heet het Stuurbrevet "Vaarbewijs voor de pleziervaart". Eerder behaalde brevetten blijven uiteraard gewoon geldig.
Belangrijk om te melden is nog dat deze wijzigingen tot stand zijn gekomen binnen het overleg van het Federaal Overlegplatform voor de Pleziervaart, waarin alle partijen betrokken zijn. Binnen de nieuwe opzet valt vooral ook op dat het een co-productie wordt waarbij elke partij zijn eigen taak en verantwoordelijkheid kent. De overheid zorgt voor de kaders en de controle op de kwaliteit en kiest voor een nadrukkelijke betrokkenheid. De sector en commerciële aanbieders organiseren vervolgens de praktische implementatie.
Naar onze mening een goede maar ook gedurfde stap. Het nieuwe Belgische systeem heeft straks een aantal elementen waarvan ik al jaren voorstander ben en graag zou zien dat die ook in Nederland worden ingevoerd.
U weet waarschijnlijk al dat ik onder andere groot voorstander ben van een modulaire opzet met een instapniveau onder dat van het huidige Klein Vaarbewijs I en de mogelijkheid om in één en dezelfde lijn door te leren. Belgë lijkt daar nu bewust voor te kiezen. En hoewel Belgie natuurlijk geen verplichte diploma's buiten haar eigen kustwateren kan opleggen, is het zeker een goede ontwikkeling dat men niet alleen naar de binnenwateren kijkt, maar dus zelfs over de eigen landsgrenzen. En een watersporter kan op deze manier steeds iet bijleren en zo al lerende en doende zijn horizon en vaargebied vergroten.
Overigens is (nog) niet duidelijk of er straks dan ook een vaarbewijsverplicht zal gelden op de Belgische kustwateren.
Net als in België mag iedereen in Nederland een vaarschool beginnen, een cursus online zetten of kan zichzelf opleider voor het klein vaarbewijs noemen. Dat komt de kwaliteit niet altijd ten goede en maakt het vooral voor de examenkandidaten niet gemakkelijk om een goede school, cursus of opleider te kiezen. Dat België nu komt met een erkenning is toe te juichen. En als beloning voor de inspanningen om een erkenning te halen is dan meteen dat de betreffende school ook zelf mag gaan examineren. "De slager die zijn eigen vlees keurt", maar als er goed toezicht is vanuit de sector zelf, de erkenningsinstantie en vanuit de Federale overheid denk ik dat dit model goed kan werken.
In Nederland is het Agentschap Telecom een paar jaar geleden ook al op een zelfde manier gaan werken voor de examen voor de maritieme radiocommunicatie (marifonie, Marcom-B etc.). Er zijn nu meer plaatsen waar u examen kunt doen en ook het aantal momenten waarop examen gedaan kan worden is sterk toegenomen. Hoewel ik het niet met harde cijfers kan onderbouwen, denk ik zelfs dat het aantal mensen dat een basiscertificaat marifonie haalt ook is toegenomen. Uiteraard heeft de verdere prijsdaling van marifoons daarin bijgedragen, maar zonder bedieningscertificaat mag u een marifoon niet gebruiken en diploma en bezit hangen dus één op één samen. Terug naar België. Ik denk dat we in België een zelfde beeld zullen zien. Als het makkelijker wordt examen te doen en de opleidingen toegankelijker worden, zal het aantal "gediplomeerde" watersporters toenemen. Hoewel het examen in België nu nog makkelijker is dan het examen klein vaarbewijs in Nederland, zien we al jaren dat veel Belgen toch in Nederland examen doen. Vroeger was dat vooral omdat men bij het Belgische Stuurbrevet geen Internationaal vaarbewijs (ICC) kreeg, tegenwoordig is dat vooral omdat Vamex op elke werkdag (en sommige zaterdagen) examens kan afnemen, terwijl in België dus slechts drie landelijke examens worden georganiseerd.
Vaste lezers van de Vaarwijzer Nieuwsbrief weten dat veel partijen in Nederland voorstander zijn van een praktijkexamen voor het klein vaarbewijs. Het Belgische Stuurbrevet kent nu al een beperkt praktijk onderdeel en dat wordt straks dus uitgebouwd naar een echt praktijkexamen. Of een praktijkexamen voor het "instapniveau" echt nodig is, zal moeten blijken, maar een praktijktoets voor met name de verdergaande vaarbevoegdheden is natuurlijk een goede ontwikkeling.
Meer informatie vindt u op de website ...
België neemt met deze nieuwe opzet in één keer alle vaarbevoegdheidsbewijzen voor de pleziervaart op de schop. Een moedige stap en wellicht een goed voorbeeld voor Nederland?